Met de wedstrijden voor nieuwelingen en eliten2 en beloften in Lommel-Kolonie werd het Limburgs wegseizoen afgesloten. Eentje waarin Widar groots uitpakte, Sente Sentjens een nationale beloftentitel behaalde, Senne Hulsmans wegens een knieoperatie een half seizoen in rook zag opgaan maar toch nog zilver behaalde op het BK, Jonathan Vervenne, die andere pechvogel, een profcontract mocht tekenen en Wouters voor het vijfde jaar op rij nationaal zegekoning werd.
Een super grote fles champagne voor Rutger Wouters. Dit seizoen mocht hij maar liefst 33 keer het zegegebaar maken en dat is voor hem een absoluut record. José De Cauwer heeft het al vaak gezegd en iedereen die koerst of gekoerst heeft zal het beamen: “Probeer maar eens een koers te winnen!”. Rutger deed dat dus 33 keer. Dat verdient groot respect.
Prof worden is voor hem niet meer weggelegd. Daarvoor mogen we momenteel kijken naar super talent Jarno Widar. Maar ook nationaal beloftenkampioen Sente Sentjens en zijn buur en tevens secondant op het BK Senne Hulsmans, zijn goed op weg.
Toch is het de 21-jarige Jonathan Vervenne, de grote pechvogel van het afgelopen seizoen, die zopas een profcontract voor drie jaar tekende. Daarvoor bedankte hij afgelopen zondag met een derde plaats in de Chrono des Nations. “Het afgelopen seizoen wilde ik er een jaar van de doorbraak naar een profcontract van maken”, aldus de student burgerlijk ingenieur uit Riemst. “Helaas viel meer dan de helft van mijn seizoen in het water waardoor ik alle wedstrijden waar ik mijn pijlen op had gericht vanaf de zijlijn moest volgen. Het begon eigenlijk eind vorig seizoen al toen ik na een zware val in de toekomstronde mijn elleboog brak. Daardoor kon ik twee maanden niet fietsen. Langzaam maar zeker raakte ik weer op dreef en toen we in februari met de ploeg op stage vertrokken was ik heel goed. Wat weinigen weten is dat ik daar opnieuw ben gevallen. Aanvankelijk leek er niets aan de hand, maar omdat de pijn aanhield, ging ik pas weken later opnieuw op doktersvisite en toen bleek mijn pols gebroken. Weliswaar een kleine breuk, maar toch. En alsof dat nog niet genoeg was, werd ik in maart geveld door klierkoorts. Dat heeft me drie maanden uit koers gehouden. Pas eind juli kon ik de competitie hervatten. Gelukkig kwam de conditie snel terug en eind augustus was ik opnieuw goed. Dat werd opgemerkt met een selectie voor het EK in Hasselt als beloning.”
Ondanks dat pechjaar heeft zijn developmentteam Soudal-Quick Step hem niet laten vallen. “Integendeel”, aldus Jonathan. “Ze blijven in mijn geloven en daar ben ik hen heel dankbaar voor. Als bewijs daarvoor mocht ik enkele dagen geleden een profcontract voor drie jaar ondertekenen. Ik krijg de kans om te langzaam te groeien. Volgend jaar zal ik daarom nog regelmatig bij het Developmentteam aan de slag gaan.”
JUNIORES
Aan de poort van het beloftenpeloton staan momenteel twee juniores die het afgelopen jaar als junior verrassend sterk uit de hoek zijn gekomen. Toevallig of niet twee pionnen uit het team van Crabbé. Weinig wielerliefhebbers die begin dit jaar Hasselaar Cas Hermans kenden. Via sterke tijdritprestaties en ook enkele sterke prestaties in grote wedstrijden, zoals de slotetappe van de keizer der juniores, heeft hij zich in de kijker geplaatst. Toch is hij op dit moment nog altijd op zoek naar een beloftenploeg voor volgend seizoen. “Ik hoop nog steeds op een Developmentteam”, aldus Cas.
Zijn ploegmaat Nio Vandevorst was dankzij zijn Belgische titel bij de nieuwelingen van een paar jaar geleden al gekend. Maar ondanks dat hij een tijdje uit competitie moest blijven wegens bloedwaardes die niet OK waren waardoor hij twee maanden niet kon koersen, heeft hij een prachtig seizoen neergezet. “Vooral over de tweede helft van mijn seizoen ben ik tevreden omdat ik toen alle kwaaltjes verdwenen waren en ik voluit kon trainen. Mijn hoogtepunt was toch wel die 5de plaats op het EK en een mooie overwinning in een internationale wedstrijd in Italië. Volgend seizoen word ik belofte in een nieuwe ploeg die ik nog niet bekend mag maken omdat ze het zelf willen doen. Maar ik kijk er echt wel naar uit.”